Kettingbosting: verschil tussen versies

Uit Wiki 112schade
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
k (Reneedoek heeft pagina Kettingbosting hernoemd naar Kettingbotsing)
(geen verschil)

Versie van 27 feb 2025 18:44


Kettingbotsing en Artikel 19 RVV

Onder een kettingbotsing verstaan we een aanrijding waarbij tenminste 3 auto’s achter op elkaar botsen. Aangezien er meerdere partijen betrokken zijn bij een kettingbotsing, is het vaak lastig te bepalen wie welke schade moet vergoeden.
We beoordelen kettingbotsingen volgens Artikel 19 RVV;De bestuurder moet in staat zijn zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is.

Indien een voertuig achterop een ander voertuig botst impliceert dit dat de bestuurder zich niet gehouden heeft aan dit artikel. We nemen in het geval van kettingbotsingen in dit artikel dan even aan dat er geen andere aspecten zijn waardoor een andere partij eventueel aansprakelijk zou kunnen zijn.

Bedrijfsregeling 7: Schuldloze derde

Er is vanuit het Verbond van Verzekeraar een regeling gemaakt om schadeafwikkeling van kettingbotsingen te bevorderen. Ook externe partijen, zoals wij, kunnen ons beroepen op deze regeling.
Letterlijk zegt de regeling het volgende;
Deze bedrijfsregeling beoogt te voorkomen dat schades niet behandeld worden als gevolg van een discussie tussen verzekeraars over aansprakelijkheid. Bovendien wil de bedrijfsregeling actief schaderegelen bevorderen.
De bedrijfsregeling schuldloze in- of opzittenden en schuldloze derden (verder: schuldlozen) voorziet in een oplossing voor de situatie waarbij verzekeraars van mening verschillen over de schuldvraag en schuldloze in- of opzittenden en schuldloze derden hierdoor vertraging kunnen ondervinden in de afhandeling van hun schade.
Lees hier de volledige regeling.


Er zijn wel een aantal voorwaarden, namelijk de volgende:
- De schade is buiten schuld van client ontstaan
- Naast client zijn er minimaal twee of meer andere partijen betrokken
- Redelijkerwijs is te zeggen dat tenminste één van de betrokkenen verantwoordelijk is voor de schade

In de volgende gevallen kan geen beroep op de regeling gedaan worden:
- Een van de betrokken partijen/verzekeraar is niet aangesloten bij het Verbond van Verzekeraars
- Er is een buitenlandse partij bij betrokken
- Er is een onverzekerde partij betrokken.

In al deze gevallen gaat de regeling voor alle betrokken partijen van de kettingbotsing niet op.

Hoe beoordelen we: wij zijn voorste partij

Indien onze client de voorste partij is, en onze client valt verder geen enkel verwijt te maken, is een van de achterste partijen aansprakelijk voor de schade. In dit geval zullen we ons in eerste instantie altijd wenden tot de partij direct achter ons.

- Wijzen zij af? Wijs ze dan op de schuldloze derde regeling. Zie het laatste kopje op deze pagina.
- Wijzen zij af, en kunnen we ons niet beroepen op de regeling? Dan zullen zij met onafhankelijk bewijs moeten aantonen dat er een andere achterliggende partij aansprakelijk is. Denk hierbij aan getuigenverklaringen waaruit dit blijkt. Alleen de lezing van hun eigen verzekerde is niet voldoende!!! Het moet echt om onafhankelijk bewijs gaan.
- Blijven ze afwijzen? Kijk dan of je alsnog naar de andere partij kan, waar we naar verwijzen. Doe dit alleen als er voldoende aanknopingspunten zijn.

Hoe beoordelen we: wij zijn middelste partij

In het geval dat wij een middelste partij zijn, hebben we voor- en achterschade. Voor de schade aan de achterzijde kunnen we onze directe achterligger aansprakelijk stellen. Alle andere regels van de Schuldloze derde regeling gaan op.

Vaak is de achterschade verhalen geen probleem. Echter zullen we ook moeten aantonen dat de schade aan de voorzijde ook de verantwoordelijkheid van de achterste partij is. Als onze client niet zelf zelfstandig op diens voorligger gereden is, maar door de achterste partij op de voorste partij gedrukt is, noemen we dit 'doordrukken'.

We zullen moeten aantonen dat onze client is doorgedrukt. Soms geeft de achterste partij dit zelf toe. En soms geeft onze client zelf toe achterop gereden te zijn, dan proberen we uberhaupt de voorschade niet te verhalen.

Doordrukken aantonen, een aantal opties:
- Het schadeformulier tussen onze client en de voorligger. Stonden beide partijen stil? Blijkt dit overduidelijk uit dit schadeformulier?
- Vraag om getuigen die de aanrijding gezien hebben
- Zijn er geen getuigen? Neem dan contact op met de voorste partij. We vragen de voorste partij dan te verklaren hoeveel botsstoten er gevoeld zijn. Het aantal bots stoten impliceert het doordrukken of niet; 1 botsstoot = wel doorgedrukt (maar 1 impact gevoeld), 2 botsstoten gevoeld = niet doorgedrukt (eerst onze client achterop, dan de achterste partij nogmaals achterop).

Meer dan 3 partijen

Ook bij meerdere betrokken partijen kan zich men beroepen op de Schuldloze derde regeling.

Indien de Schuldloze derde regeling niet gebruikt kan worden zal er simpelweg naar bewijs gekeken moeten worden. Kan de achterliggende partij aantonen doorgedrukt te zijn, met onafhankelijk bewijs? Dan zullen we ons tot de volgende partij moeten wenden.

Het kan dus voorkomen dat we meerdere partijen af moeten voordat we de juiste partij hebben. Het kan ook voorkomen dat überhaupt niet duidelijk wordt welke partij verantwoordelijk is voor de aanrijding.

Verzekeraar wijst af: 'wij zijn ook schuldloze derde'

Alleen de verklaring dat ook zij schuldloze derde zijn is onvoldoende om de regeling af te kunnen wijzen. In een dergelijk geval kan je de tegenpartij wijzen op deze regeling, hiervoor is een Actie > Actie verzekeraar tegenpartij > TGP wijzen op schuldloze 3e regeling.



Laatst gewijzigd op 27-02-2025 door Reneedoek